Jacco Eltingh, de technisch directeur van de KNLTB, is niet blij met de beslissing van sportkoepel NOC*NSF om het topsportgeld voor de Nederlandse tennisbond met 360.000 euro te verminderen. Dit betekent een teruggang van maar liefst 69 procent. Eltingh begrijpt niet waarom deze beslissing is genomen, gezien de prestaties van de sport en de initiatieven van de afgelopen jaren.
Ongeloof en onacceptabel
Eltingh is vooral verontwaardigd dat het toptennisprogramma als ‘commerciële sport’ wordt beschouwd zonder voorafgaand overleg. Hij vindt het onbegrijpelijk dat er geen gesprek heeft plaatsgevonden waarin de KNLTB zich kon verdedigen voordat de toekenning plaatsvond. Eltingh noemt dit beleid onnavolgbaar en onacceptabel.
Hoewel de KNLTB dankzij eigen initiatieven en een hoge eigen bijdrage alles goed op orde heeft, heeft de bond geen inkomsten uit topsport, benadrukt Eltingh. Het topsportgeld van NOC*NSF is bedoeld voor het opleidingsprogramma voor spelers tussen 13 en 23 jaar. Minder geld betekent dat er minder geïnvesteerd kan worden in de ontwikkeling van talentvolle spelers in deze leeftijdscategorie.
Samen met de KNVB
Eltingh vergelijkt de situatie van de tennisbond met die van het vrouwenvoetbal. Hij vindt het vreemd dat ook het vrouwenvoetbal, dat goed heeft gepresteerd en een solide omgeving heeft, onder de commerciële sporten valt en aanzienlijk is gekort. Daarom heeft de KNLTB contact opgenomen met de KNVB om samen te kijken hoe ze zich kunnen opstellen.
Eltingh is vastbesloten om in beroep te gaan tegen zowel de hoogte van het bedrag als het proces. Hij wil dat de onderste steen boven komt.
Zorgen voor de toekomst
Selena Piek, een badmintonspeelster wiens carrière bijna ten einde is, is teleurgesteld dat de bijdrage voor haar sport volledig is weggevallen. Ze begrijpt dat het beleid gericht is op de toekomst, maar maakt zich zorgen over de spelers die eraan komen. Ze hoopt dat er genoeg financiële steun is voor de jeugd, anders vreest ze voor de toekomst van de topsport in Nederland.
De badmintonbond zal een nieuwe start moeten maken, maar het gebrek aan financiële middelen maakt het moeilijker om toppers voort te brengen. Piek benadrukt dat prestaties eerst moeten komen voordat er geldschieters geïnteresseerd zijn, terwijl financiële steun juist nodig is om de top te bereiken.
Ze hoopt gekscherend dat de jeugd veel rijke ouders heeft, maar maakt zich zorgen over de toekomst van de topsport in Nederland.